‘Door meten tot weten’ was het motto van Heike Kamerlingh Onnes. In 1913 ontving hij de Nobelprijs voor de Natuurkunde en werd zijn bijnaam ‘professor diepvries’. In deze aflevering het bijzondere verhaal hoe dat allemaal tot stand kwam.

Hoogleraar

In 1853 werd Heike Onnes geboren. Later trok hij zijn tweede voornaam ‘Kamerlingh’ bij zijn achternaam en ging hij dus verder door het leven als Heike Kamerlingh Onnes. Hij studeerde wis- en natuurkunde en scheikunde. In 1882 werd Kamerlingh Onnes hoogleraar in de experimentele natuurkunde aan de Universiteit Leiden. Ook richtte hij de Leidse Instrumentmakers school (LIS) op. In die tijd was het namelijk gebruikelijk dat onderzoekers hun eigen meetinstrumenten vervaardigden.

Laboratorium

Het natuurkundig laboratorium waar Kamerlingh Onnes zijn experimenten uitvoerde, lag tegenover het Van der Werfpark waar in 1807 een kruitschip was ontploft. Hierbij waren 150 doden te betreuren. Tart je niet het noodlot om daar 100 jaar later een chemisch laboratorium te bouwen, vroeg ik me af. Toen ik deze vraag stelde aan een docent risico-management, was deze daar heel stellig in: ‘Willem’ zei hij: ‘de kans dat er op dezelfde plek 2x een grote ramp plaatsvindt, is statistisch gezien te verwaarlozen.’ Aan de zijkant van het voormalig laboratorium in de Nieuwsteeg staat een informatiebord met een foto hoe het laboratorium er in 1908 uitzag (zie links). We zien daar rechts Kamerlingh Onnes staan. Maar als ik naar de constructie van de apparatuur kijk, twijfel ik toch aan deze conclusie van de risico-deskundige.

Het gebouw wordt nu gebruik door de Rechtenfaculteit van de Leidse universiteit, onder de naam Kamerlingh Onnes Gebouw (KOG). Het laboratorium is verplaatst naar het Bio Science Park in Leiden.

Tekst en foto’s: Willem Hogendoorn